BRUSSEL (ANP) - De statutaire verplichting om geschillen tussen spelers, clubs en bonden voor te leggen aan het internationaal sporttribunaal in Lausanne (CAS) is illegaal. Dat heeft het Brusselse hof van beroep beslist in het arrest over het geschil tussen de FIFA en UEFA enerzijds en de Belgische voetbalclub RFC Seraing en het investeringsbedrijf Doyen Sports anderzijds. De FIFA had Seraing een sanctie opgelegd omdat ze met Doyen Sports een contract over TPO ('Third Party Ownership') had afgesloten.TPO houdt in dat een partij, die geen voetbalclub is, een deel van de economische rechten op een speler bezit en op die manier mee kan profiteren van transfersommen, huursommen en bijvoorbeeld portretrechten. De FIFA verbood in januari 2015 TPO wereldwijd, maar in de zomer van dat jaar sloot Doyen Sports een samenwerkingsakkoord met Seraing. De FIFA legde de club daarop in september een transferverbod voor vier termijnen op.Seraing en Doyen Sports legden de zaak aan een rechtbank voor. Het Brusselse hof van beroep heeft nu uitspraak gedaan over een deel van het dossier. Het hof heeft met name de CAS-verplichting in de statuten van FIFA, UEFA en de nationale bonden tegen het licht gehouden van het EU-recht en het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en geoordeeld dat die verplichting illegaal is.Volgens het Brusselse hof is arbitrage slechts mogelijk als alle partijen daar volledig vrij mee instemmen en kan die dus niet algemeen verplicht worden gesteld voor alle conflicten tussen spelers, clubs en bonden. Door die verplichting wel op te leggen, gaan de FIFA, de UEFA en alle nationale federaties in tegen het universele recht op toegang tot justitie, aldus het hof.