In gesprek met Helden praten Theo Janssen en Rafael van der Vaart openhartig over hun voetbalcarrière, het leven buiten het veld en over de toekomst. Nu zitten de twee samen bij Studio Voetbal, maar zien we het duo over een jaar of tien samen op de bank bij Oranje?‘Als jij als hoofdtrainer de hoedjes neer wil zetten op het veld, dan valt er te praten’, zo begint Rafael grappend tegen Theo. ‘Ik vind sowieso niet dat je over een hoofdtrainer en assistent moet praten. We doen het samen. En Rafael is een veel te grote voetballer geweest om alleen maar wat pionnen neer te zetten’, reageert Theo.Toch zien de twee een samenwerking wel voor zich. ‘We vertrouwen elkaar, hebben een beetje dezelfde achtergrond. De klik is er’, zo gaat Theo verder. Ook Rafael ziet daar veel potentie in. ‘Als wij samen het Nederlands elftal zouden doen, maken we wel de grootste kans om kampioen te worden. Daar ben ik van overtuigd. Als je een goede groep hebt, maakt het niet zoveel uit wie je ervoor zet. Bij Oranje is het vooral zaak om de spelers een goed gevoel te geven. Als je tien dagen samen bent, dan heb je niet veel zin in heel veel informatie. Theo en ik kunnen een spelersgroep wel dat goede gevoel geven.’Vooralsnog zit deze combinatie er nog even niet in. De ambitie ontbreekt namelijk nog bij Rafael. ‘Het vak van trainer betekent: hard werken. Kijk, elke oud-voetballer wordt op dit moment maar trainer. Ik snap het, hoor, want het enige wat we goed kunnen is met voetbal bezig zijn. Het zou wel logisch zijn als ik op een dag toch bedenk dat ik trainer wil worden. Maar dan moet ik wel eerst in Nederland wonen en niet in Denemarken’, zo besluit Rafael.
