Noa Lang gaat in een uitgebreid interview met De Telegraaf in op het imago wat er rond hem is ontstaan. De 23-jarige aanvaller van Club Brugge geeft onder meer aan dat het vooral is begonnen met een 'akkefietje' met Ajax-captain Dušan Tadić. "Het is begonnen met het akkefietje met Tadić", begint Lang zijn verhaal. "En echt, dat ging he-le-maal nergens over. Dušan gaf mij een diepe bal, die te hard was en uit ging. Hij vond dat ik eerder had moeten lopen en het enige dat ik zei, was: ’Je moet die bal gewoon goed geven’. Vervolgens kreeg ik gelijk op mijn kop van Erik ten Hag. En dat is tekenend voor mij: helaas stond daar net weer een microfoontje, waardoor iedereen de discussie tussen mij en de trainer hoorde. Als je negentien jaar oud bent, mag je kennelijk niet voor jezelf opkomen als je gelijk hebt. Maar ik laat gewoon niet over mezelf heenlopen. Sindsdien heb ik een stempel op mijn voorhoofd."(Tekst gaat verder onder de tweet.)Vervolgens gaat Lang verder in op de vooroordelen die er volgens hem zijn. "Zonder dat de mensen me kennen, vinden ze me arrogant. Terwijl ik alleen maar zeg wat ik denk. In deze neppe voetbalwereld zouden ze dat juist moeten waarderen. Maar het wordt door sommigen, die ik nog nooit heb gesproken, opgeschreven en anderen nemen dat weer over. Daardoor is naar de buitenwereld toe een scheef beeld van me ontstaan. Van een probleemjongen, terwijl dat totaal niet zo is. Ik zal alleen altijd mezelf zijn. Dat verander ik voor niemand. En dat maakt veel haters waarschijnlijk jaloers."Lang zal nooit de ideale schoonzoon worden en geeft er niet veel om dat 'het weinig over de voetballer Noa Lang' gaat. "Omdat er het meest wordt genoten van iemand afzeiken. De wereld gaat kennelijk heel lekker op negativisme. Maar dat boeit me niet, want ik weet dat de fans van de tegenstander die me voor van alles en nog wat uitschelden me heel graag bij hun club zouden willen zien", aldus Lang.